Aacher Hof (erf van Aken)

Het huidige barokke verschijningsbeeld van het Aacher Hof gaat terug tot het eerste derde van de 18e eeuw (1735), hoewel haar oorsprong in de 9e eeuw ligt toen Ludwig der Fromme, een zoon van Karel de Grote het Frankische hofgoed aan de Karolingische familiestichting van de Dom van Aken resp. het Maria gesticht overliet.

De donatie van 830 wordt later in de 11e en 13e eeuw meermaals bevestigd. Daarmee is dit gebouwenensemble de oudste bij geschrifte geboekstaafde vestigingsplaats in Traben-Trarbach.

Na de "Trorbachische Ehrensäul" van 1669 was het Aacher Stifts-Hof ook een plaats om vieringen te houden en gold het als "één van de meest opmerkelijke gebouwen bij Traben", waar een hofdienaar of huisman voor het Aachener Stift de winstbelasting van 10% en de heffingen inde. Omdat het stift hoegenaamd tal van wijnstokvelden met een derde verpacht en ook bij de fruitoogst haar aandeel opeiste, bleven rechtsgeschillen niet uit. Ondanks Reformatie en Franse Réunion handhaafde Aken haar eisen. Op het destijds hoogste gerechtshof kwam het tot een compromis. Uiteindelijk werd het Aacher Hof in erfpacht gegeven voordat het in 1804 in de secularisatie bij opbod verkocht werd.

In hoever de een of andere van de verschillende wijnkelders van het complex van het Aacher Hof teruggaat tot de oprichtingstijd in de 9e eeuw, moet aan een nader bouwtechnisch onderzoek voorbehouden blijven.

Getoond wordt het aan de oever van de Moezel gelegen, kleine, sobere en lage tongewelf, in diens voorste gedeelte een fontein vers water biedt. Omdat deze kelder in het bereik van het hoogwater ligt, bevindt zich daarboven een tweede kelderverdieping.